11 september 2024

Interview Thijs Blom: “Glyfosaat hoort niet in bronnen voor drinkwater, alternatieven evenmin”

Van glyfosaat mag niet te veel in het drinkwater zitten. Toch is de omstreden stof onlangs weer voor 10 jaar toegelaten door de EU. Thijs Blom is als data-analist het Nationaal Water Traineeship RIWA-Maas komen versterken en onderzocht met zijn collega-trainees hoe boeren en experts tegen het middel aankijken.

Glyfosaat, een veelgebruikte onkruidverdelger, is regelmatig in het nieuws, alleen al omdat de stof in de lente duidelijk zichtbaar is op de akkers. Die kleuren okergeel doordat boeren de zogenoemde groenbemesters (planten die als mest dienen) doodspuiten, waarna ze de gewenste gewassen zaaien. De stof kwam recent in opspraak vanwege een mogelijke link met een verhoogd risico op onder andere Parkinson en kanker . Onkruidbestrijdingsmiddel, gewasbeschermingsmiddel, herbicide, pesticide of landbouwgif – hoe de stof genoemd wordt, is afhankelijk van het gezichtspunt.

Drinkwaterbedrijven mogen geen drinkwater produceren van water waar meer dan 0,1 microgram per liter gewasbeschermingsmiddel in zit. Glyfosaat, het meest gebruikte middel, zorgt in de categorie gewasbeschermingsmiddelen al jaren voor de meeste normoverschrijdingen in de Maas. Toch besloot de Europese Unie besloot in november 2023 de toelating voor het omstreden middel voor tien jaar te verlengen.

De toekomst van glyfosaat
Reden genoeg voor het Nationaal Water Traineeship om een onderzoek uit te laten voeren naar het gebruik van glyfosaat. De toekomst van glyfosaat heet het rapport van Thijs Blom, Sophie Luijendijk, Simone Runtulalo en Hugo Bosland, allen trainees bij het Nationaal Water Traineeship. Ze hielden interviews met boeren die het middel gebruiken, met een aantal experts, zoals een filosoof landbouw- en voedselethiek en met medewerkers van Bayer. Dit is een van de grootste producenten van glyfosaat en het bedrijf dat Mosanto heeft overgenomen, dat glyfosaat in de jaren 70 op de markt bracht. Omdat het middel zo omstreden is, komen de geïnterviewden allemaal anoniem aan het woord.

“We waren benieuwd naar hun ervaringen en meningen,” vertelt Thijs Blom, die als data-analist bij RIWA-Maas de database met gegevens over de waterkwaliteit van de Maas beheert. “We stelden vragen als: hoe denk je over dit middel, wat zijn je ervaringen, wil je er minder van gaan gebruiken? Zijn er goede alternatieven?”

‘Waarschijnlijk de meest uitgebreid onderzochte stof in de wereld’ noemen de Europese Voedselveiligheidsautoriteit (EFSA) en de Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA) glyfosaat in de beoordeling van de stof in 2023 . Deze beoordeling voerden deze organisaties uit, nadat een paar jaar geleden de licentie van glyfosaat verlopen was en de producenten een aanvraag voor verlenging deden. Toch konden ook deze organisaties niet goed vaststellen hoe schadelijk de stof is voor mensen, dieren en planten.

Combinatie met andere stoffen
Voor drinkwaterbedrijven is het erg belangrijk om te weten hoe schadelijk een stof is. “Waterkwaliteitsnormen waaraan voldaan moet worden, helpen daarbij,” licht Blom toe. “Je wil glyfosaat gewoon niet in de bron voor het drinkwater hebben, elke normoverschrijding in de Maas is er één te veel.”

Ingewikkeld is het feit dat glyfosaat regelmatig in combinatie met andere, giftige stoffen gebruikt wordt om de werking te versterken. In Roundup bijvoorbeeld, het meest gebruikte middel tegen onkruid. “Daar zitten stoffen bij die mogelijk schadelijker zijn dan glyfosaat,” zegt Blom, verwijzend naar informatie van het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) , de toelatingsautoriteit voor deze stoffen in Nederland.

Thijs Blom, water trainee en data-analist bij RIWA-Maas (Foto: Eelkje Colmjon, Eelk.nl)

Drinkwaterbedrijven staken de inname van Maaswater wanneer de concentraties glyfosaat te hoog zijn. Het staken van de inname van Maaswater is de eerste barrière in het zuiveringsproces om te voorkomen dat de stof in het drinkwater terecht komt. “Daarom pleit RIWA-Maas altijd voor de bronaanpak: ervoor zorgen dat schadelijke stoffen niet in het water terecht komen”, zegt Blom. “Of zoals de inmiddels beroemde uitspraak van RIWA-Maas luidt: wat niet in het water terechtkomt, hoef je er ook niet uit te halen.”

Strengere maatregelen
RIWA-Maas deelt jaarlijks de waterkwaliteitsgegevens over de gewasbeschermingsmiddelen die boven de toegestane 0,1 microgram per liter uitkomen met het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb). Het Ctgb neemt die gegevens vervolgens mee in de beoordelingen. “Omdat glyfosaat nu al zoveel jaar op nummer 1 staat van de normoverschrijdingen, heeft het Ctgb steeds strengere maatregelen getroffen,” zegt Blom. “Dat werkt, want het aantal overschrijdingen neemt af. Maar pas als het nul is, zijn wij als belangenbehartiger voor de drinkwaterbedrijven tevreden.”

Hoveniers en waterschappen mogen gewasbeschermingsmiddelen met glyfosaat nu alleen nog in uitzonderlijke gevallen gebruiken, telers en boeren mogen de stof daarentegen (nog) gewoon gebruiken. Vroeger spoten de gemeentelijke plantsoendiensten het middel overal tussen de grijze betontegels, maar sinds 2016 is glyfosaat niet meer toegestaan voor particulier gebruik op gesloten en half-open verhardingen, zoals asfalt, beton, stenen en grind. En sinds 2019 zijn alle toepassingen op gesloten en half-open verhardingen in het Maasstroomgebied verboden. Dat geldt voor professionele en particuliere gebruikers, in de landbouw en voor andere toepassingen . Opvallend is dat glyfosaathoudende middelen voor de particulier tijdens het schrijven van dit rapport op internet nog te koop zijn.

Alternatieven
De producent en de boeren noemen in het rapport De toekomst van glyfosaat het feit dat alternatieven voor glyfosaat vaak duurder en soms schadelijker of vervuilender zijn. Je kan de planten die als mest dienen ook omploegen, maar dat kost diesel, wat CO2- en fijnstofuitstoot betekent. En zware trekkers op het land zijn bovendien slecht voor de bodem. Blom: “Wat schadelijker is, is onbekend. Die rekensom is nog niet gemaakt en is erg complex. Er zijn kortom voor en tegens te bedenken.”

Een aantal van de geïnterviewden noemden voedselzekerheid als voordeel van het gebruik van glyfosaat, vertelt Blom. “Al dacht de filosoof dat het misschien nu wel meer voedsel oplevert, maar dat het zoveel schade aan de bodem toebrengt dat je over een aantal decennia een minder vruchtbare bodem hebt.”

De boeren die de trainees spraken, zijn actief bezig met het verminderen van het gebruik van glyfosaat, maar dat geldt niet voor alle andere boeren. Blom denkt dat een eventueel verbod in de toekomst kan leiden tot meer innovaties. “Aan de andere kant durven boeren nu meer alternatieven te testen, omdat ze dit middel achter de hand hebben.”

Veel complexer
De trainees sluiten hun rapport af met de aanbeveling om een vervolgproject te starten en een serious game hierover te gaan maken. In zo’n spel kunnen verschillende belangen centraal staan en het is een toegankelijke manier om trainees inzicht te laten krijgen in een complexe situatie.

Blom besluit: “Ik had van tevoren een sterke mening. Je wil dit middel natuurlijk niet in je bronnen voor drinkwater hebben. Maar gaandeweg kwamen we erachter dat de situatie veel complexer ligt, omdat je meer moet overwegen dan dat wij van tevoren wisten. Het zou vervelend zijn als in de landbouw een ander schadelijk middel gebruikt gaat worden, omdat alternatieven schadelijker kunnen zijn.”


Tekst: Thessa Lageman, Onder Woorden

Dit interview is gepubliceerd in het RIWA Jaarrapport 2023 De Maas